Categorieën
Natuurkunde Sterrenkunde

Kun je sneller dan het licht door een wormgat?

Stel dat wormgaten werken zoals vaak wordt voorgespiegeld in films. Je reist erdoor en bent in een oogwenk duizend lichtjaar verderop. Dan heb je dus een afstand afgelegd waar het licht duizend jaar over had gedaan – en is je snelheid, althans vanuit het oogpunt van het heelal buiten het wormgat, veel hoger dan die van het licht geweest.

Aan de ene kant is dat natuurlijk hét grote voordeel van een wormgat. Aan de andere kant leidt het ook tot grote problemen, zegt sterrenkundige Thomas Bronzwaer van de Radboud Universiteit. “Als iets sneller dan het licht kan gaan, ligt de volgorde van twee gebeurtenissen niet meer vast. En dan krijg je paradoxen. Stel bijvoorbeeld dat ik een brief schrijf die jij vervolgens ontvangt.

Als we snelheden hoger dan de lichtsnelheid toestaan, kun jij die brief ontvangen voordat ik hem geschreven heb. Maar wat als ik vervolgens besluit iets anders in die brief te zetten? Daarom geloven we dat niets sneller dan het licht kan gaan.”

In een recent wetenschappelijk artikel beweren natuurkundigen Juan Maldacena en Alexey Milekhin echter dat dit probleem eigenlijk een non-issue is. Volgens hen schrijft de quantummechanica namelijk voor dat “de tijd die het duurt om door een wormgat te gaan langer moet zijn dan de tijd die het kost om ‘buitenom’ van het ene uiteinde naar het andere reizen”. En als dat zo is, krijg je ook geen gekke situaties waarbij een gevolg aan zijn eigen oorzaak voorafgaat.

Lees de rest van dit flinke kader behorende bij mijn artikel over wormgaten op de KIJK-site.

Het complete wormgatenverhaal vind je in KIJK 11/2022, te verschijnen op 13 oktober.

Categorieën
Sterrenkunde

Andere baan Jupiter kan aarde nóg leefbaarder maken

Wie een blik werpt op de andere planeten in ons zonnestelsel, zal al gauw zeggen: ‘Bewoonbaarder dan de aarde wordt het niet.’ Ga je een eindje richting de zon, dan wordt het al snel te heet voor leven. Ga je de andere kant op, dan wordt het al gauw te koud. Maar maakt dat de aarde daadwerkelijk het toppunt van ‘leefbaarheid’? Of kan het stiekem nóg een stukje beter?

Ja, stellen Pam Vervoort, promovendus aard- en planeetwetenschappen aan de Universiteit van Californië te Riverside en collega’s in een nieuw wetenschappelijk artikel. Als Jupiters baan een andere vorm had gehad, was de aarde nog wat bewoonbaarder geweest.

Lees het hele stuk, inclusief kritische reactie van sterrenkundige Simon Portegies Zwart, op de KIJK-site.

Categorieën
Natuurkunde Sterrenkunde

‘Onmeetbare’ zwaartekrachtsgolven meten met de maan

Toen in februari 2016 bekend werd dat het experiment LIGO zwaartekrachtgolven had gemeten, ging er een heel nieuwe wereld open voor astronomen. Eeuwenlang hadden ze vrijwel al hun informatie over het universum uit licht moeten halen. Maar ineens kwam daar een totaal nieuwe vorm bij: trillingen in de ruimtetijd, al voorspeld door Albert Einstein in 1916. Een deel van die trillingen kunnen we alleen niet meten met LIGO of vergelijkbare detectors. De Spaanse natuurkundige Diego Blas en zijn Britse collega Alexander Jenkins hebben nu een manier bedacht om dat toch te doen: door de afstand tot de maan zo nauwkeurig mogelijk in de gaten te houden.

Lees het hele artikel – eerder verschenen in het zomernummer van KIJK – nu integraal op de KIJK-site. Voor het meten van zwaartekrachtsgolven óp de maan: zie mijn artikel in de Eos van mei 2022.

Categorieën
Sterrenkunde

Bennu blijkt ballenbak

De planetoïde Bennu blijft verbazen. Eerder vond NASA’s ruimtescheepje OSIRIS-REx al water op de kleine ruimterots, die bovendien ouder bleek dan gedacht en steeds sneller om zijn as draait. Verder is het oppervlak van Bennu geen gladde zandvlakte, zoals wetenschappers van tevoren verwachtten, maar is het ruw en bezaaid met stenen.

Nu blijkt bovendien dat die stenen niet ‘aan elkaar plakken’, maar een soort ballenbak vormen. En daar zakte OSIRIS-REx een heel eind in weg toen de sonde in oktober 2020 naar de planetoïde afdaalde om materiaal op te pikken.

Lees het hele bericht bij Scientias.

(Ook weer een wat ouder stukje; eventjes in de vakantietijd mijn archief aan het bijwerken…)

Categorieën
Sterrenkunde

Nee, FAST heeft (hoogstwaarschijnlijk) geen signaal van aliens ontvangen

Het is een indrukwekkend bouwwerk: de Five-hundred-meter Aperture Spherical Telescope, afgekort FAST. Een schotel met een middellijn van 500 meter, ingebed in het landschap van Zuidwest-China. De grootste radiotelescoop aan één stuk ter wereld is het zelfs.

En nu zou dit mega-apparaat mogelijk tekenen hebben opgevangen van intelligent buitenaards leven. Dat schreef althans Science and Technology Daily, de officiële krant van het Chinese ministerie van wetenschap en technologie, op 14 juni. In 2019 zouden “twee groepen signalen” gezien zijn, die van “buitenaardse beschavingen” afkomstig zouden kunnen zijn. Eerder dit jaar zag FAST nog een signaal waar dat voor gold.

Lees het hele bericht bij Scientias.

Categorieën
Sterrenkunde

Het einde van de Bussard ramjet?

We hebben het er in KIJK wel vaker over: eigenlijk zijn de raketten die we nu gebruiken binnen de ruimtevaart helemaal niet handig. Vooral vervelend is dat ze brandstof nodig hebben – brandstof die je dus met je mee moet zeulen. Daar wordt je ruimteschip zwaarder van, en een zwaarder ruimteschip… heeft meer brandstof nodig om op snelheid te komen.

Maar wat nou als je die brandstof niet meeneemt, maar onderweg verzamelt? Dat is het idee achter de interstellar ramjet, die de Amerikaanse kernfysicus Robert Bussard bedacht in 1960. Sciencefictionschrijvers omarmden het idee – zie bijvoorbeeld de klassieker Tau Zero van Poul Anderson – maar natuurkundigen publiceerden er relatief weinig over. Nu heeft de Oostenrijker Peter Schattschneider – natuurkundige én sciencefictionschrijver – de handschoen alsnog opgepakt. Helaas bieden zijn berekeningen weinig hoop.

Lees het hele artikel op de KIJK-site. Het stuk is eerder gepubliceerd in KIJK 5/2022, waar ik ook het coververhaal voor schreef.

Tau Zero heb ik trouwens al jaren in de kast staan, maar nooit gelezen. Binnenkort maar eens verandering in brengen. En dan maar even wegstoppen dat die hele Bussard ramjet waarschijnlijk nooit een realistisch ontwerp zal zijn.

Categorieën
Sterrenkunde

‘Op de maan zijn zuurstof en brandstof te produceren’

Als de mensheid straks bases op de maan heeft, is het natuurlijk niet handig als we continu spul vanaf de aarde moeten aanvoeren om de boel daar draaiende te houden. Liever maken we ter plekke de zuurstof die je astronauten inademen en de brandstof die de apparatuur nodig heeft. En dat kan ook, stellen materiaalwetenschapper Yingfang Yao van de Nanjing-universiteit in China en collega’s. Met dank aan de zon én de maan.

Lees het hele bericht bij Scientias.

Categorieën
Sterrenkunde

Deze planeten maken de grootste kans op een bewoonbare maan

Inmiddels zijn er meer dan vijfduizend exoplaneten ontdekt; planeten die een baan beschrijven rond een andere ster dan onze zon. Maar op de eerste bevestigde ontdekking van een exomáán – een maan rond een exoplaneet – wachten we nog steeds. Toch hebben sterrenkundige Vera Dobos (Rijksuniversiteit Groningen) en collega’s alvast geprobeerd uit te zoeken welke exoplaneten de grootste kans maken om een bewóónbare maan te hebben.

Lees het hele (alweer wat oudere) bericht bij Scientias.

Categorieën
Sterrenkunde

Twijfels over donkere energie in het zomernummer van KIJK

Ik ben – bekentenis – vroeger nooit daadwerkelijk KIJK-abonnee geweest. Wel kocht mijn vader altijd een nummer als we op vakantie gingen, voor op de achterbank. En dat nummer ploos ik dan van voor tot achter uit. Tot de schaakrubriek aan toe, ook al schaakte ik helemaal niet. Je leest iets of je leest het niet, redeneerde ik blijkbaar toen.

Wie nu op vakantie gaat, kan nog steeds terecht bij KIJK, waarvan net het extra dikke zomernummer is verschenen. Zelf schreef ik daarvoor een artikel over het idee dat de donkere energie, die het heelal steeds sneller uit zou laten dijen, volgens onder meer de Oxfordse hoogleraar Subir Sarkar mogelijk niet bestaat.

Interessant is het om naar aanleiding daarvan deze eerdere, twijfelende blogpost terug te lezen, toen ik voor het eerst iets had geschreven over Sarkars werk. Inmiddels geeft dit opiniestuk voor New Scientist mijn mening beter weer: ik zeg niet dat donkere energie niet bestaat, maar vind wel dat je constant het huidige model van de kosmologie op alle denkbare manieren moet blijven bevragen. Ik zie in deze tak van sport iets te veel ‘het is hoe we zeggen dat het is en daarmee basta’ en iets te weinig ‘he, interessant, vertel eens wat meer’, als iemand een scheurtje in ons beeld van het heelal lijkt te hebben gevonden.

Ook in dit nummer: mijn Far Out over het idee om zwaartekrachtgolven te meten door de afstand tot de maan goed in de gaten te houden, en mooie artikelen over de winnaars en verliezers van de energietransitie, hoe ons geheugen ons parten kan spelen als we een alibi moeten geven, het leven van Anthony Fokker, en meer. Geen schaakrubriek, trouwens.

Bestel het zomernummer van KIJK hier.

Categorieën
Sterrenkunde

Is de hubblespanning weg te nemen door het jonge heelal op te schalen?

Hoe verder een sterrenstelsel van ons vandaan staat, hoe sneller het van ons vandaan beweegt. Dat stelden verschillende astronomen, waaronder de Amerikaan Edwin Hubble, in de eerste decennia van de twintigste eeuw vast. Dit is het gevolg van het feit dat het heelal sinds de oerknal uitdijt. Maar met welke snelheid doet het dat? Daarover discussiëren astronomen de laatste jaren flink: verschillende meetmethodes geven verschillende antwoorden.

Nu stellen de Amerikaanse astrofysici Francis-Yan Cyr-Racine (Universiteit van New Mexico), Fei Ge en Lloyd Knox (beide Universiteit van Californië te Davis) een uitweg voor. Als we het vroege heelal op de juiste manier manipuleren én aannemen dat zogenoemde spiegeldeeltjes bestaan, kunnen we uitkomen op één uitdijsnelheid van het heelal.

Lees het hele artikel bij Scientias. (Maar het had ook zomaar een Far Out-aflevering in KIJK kunnen zijn…)