Toen na de Tweede Wereldoorlog het IJzeren Gordijn dichtging, werd de Fins-Russische regio Karelië in tweeën gedeeld. En de verschillen tussen het westelijke en het oostelijke deel beperkten zich niet tot het politieke systeem waar ze voortaan onder vielen. Ook wat gezondheid betrof, dreven de twee regio’s uit elkaar.
Minder micro-organismen
In Fins Karelië nam bijvoorbeeld onder schoolkinderen het aantal gevallen van hooikoorts in de naoorlogse decennia toe met een factor tien, terwijl het aantal gevallen van astma met een factor zes steeg. Ondertussen bleven de Russische Kareliërs door de bank genomen even allergisch en astmatisch als in de jaren veertig en daarvoor.
Waar dat door kwam? “Aan de Finse kant gingen de mensen in steden wonen, terwijl de Russen hun kleinschalige plattelandsleven voortzetten”, zegt Tari Haahtela, emeritus hoogleraar klinische allergologie aan de Universiteit van Helsinki. En, zo was de gedachte: dat zou ertoe geleid hebben dat de Finse Kareliërs door wat ze aanraakten, inademden, aten en dronken veel minder in aanraking kwamen met micro-organismen dan hun Russische streekgenoten – met alle gevolgen voor hun gezondheid van dien.
Handen in de modder
Dat idee stond aan de basis van het mede door Haahtela opgezette Finse Allergieprogramma (2008-2018). Daarbij werden de Finnen bijvoorbeeld aangespoord om hun kinderen meer buiten te laten spelen en bijvoorbeeld meer groenten, fruit en gefermenteerd voedsel te eten, zodat er meer verschillende soorten microben op en in hun lichaam zouden belanden.
En dat lijkt te hebben gewerkt, zo deed Haahtela op 11 maart uit de doeken op het Symposium Preventie Astma en Allergieën, georganiseerd door het Longfonds en het Leids Universitair Medisch Centrum. Wat de vraag doet rijzen: wordt het niet tijd om ook hier in Nederland de handen uit de mouwen en in de modder te steken?
Lees het hele artikel op de Trouw-site.