Categorieën
Natuurkunde Sterrenkunde

Bomen als neutrinodetectors?

Wil je neutrino’s meten, dan kom je er niet met een apparaat dat op je keukentafel past. Deze extreem lichte deeltjes zijn namelijk bizar moeilijk te ‘zien’. Het overgrote deel van de neutrino’s die de aarde uit het heelal bereiken, schiet ongehinderd door onze hele planeet heen.

Maar heel af en toe knalt zo’n neutrino op een atoomkern met een meetbaar signaaltje tot gevolg. En dus moet je neutrinodetector enorm zijn. Zodat ie zóveel atoomkernen bevat, dat er met enige regelmaat érgens een neutrinobotsing plaatsvindt.

En enorm, dat zijn neutrino-experimenten. Neem IceCube, dat met duizenden detectors een kubieke kilometer aan Zuidpoolijs in de gaten houdt. Of KM3NeT, dat een vergelijkbare hoeveelheid Middellandse Zee-water bestudeert.

Probleem is alleen: als we de zeldzaamste neutrino’s willen opmerken, is ook enorm niet meer groot genoeg. In een kubieke kilometer aan materie vindt dan gemiddeld maar één botsing per decennium plaats – en dat is wel erg karig.

Maar ja, er zit een grens aan hoeveel ijs of water je vol detectors kunt hangen voordat de kosten écht de pan uit rijzen. Daarom bedacht experimenteel astrodeeltjesfysicus Steven Prohira van de Universiteit van Kansas in de VS een eenvoudiger alternatief: gebruik bomen als neutrinodetectors.

Lees het hele artikel, eerder verschenen in KIJK 4/2024, nu op de KIJK-site.

Categorieën
Sterrenkunde

Zit er een zwart gat in de zon?

Wie opgroeide in de jaren negentig kon er niet omheen: de hit ‘Black Hole Sun’ van grungeband Soundgarden. Vooral de videoclip sprak tot de verbeelding, waarin allerlei mensen het zwarte gat dat de zon was geworden in werden getrokken.

Maar hé, dat slaat natuurlijk nergens op. Buiten dat ze allebei in het heelal te vinden zijn, hebben onze zon en zwarte gaten niets met elkaar te maken… Toch?

Nou, misschien wel, schrijft een internationaal team van sterrenkundigen in The Astrophysical Journal. Nee, de zon zal niet plotseling in een zwart gat veranderen. Wel is er een minuscule kans dat er al miljarden jaren diep in zijn binnenste zo’n object verborgen zit. En dat kan op termijn wel degelijk grote gevolgen voor de aarde hebben.

Lees het volledige artikel, eerder verschenen in KIJK 3/2024, nu op de site van KIJK.

Categorieën
Sterrenkunde

Leverde kosmisch stof ingrediënten voor leven?

Het aardse leven kan niet zonder koolstof, stikstof, fosfor en zwavel. Probleem is alleen dat het gesteente aan het oppervlak van onze planeet van nature maar weinig van deze elementen bevat.

Het leven van nu heeft zo zijn manieren ontwikkeld om ze toch bij elkaar te sprokkelen. Maar ooit, miljarden jaren geleden, was dat leven er nog niet – en dus zaten die cruciale elementen toen als het ware opgesloten in hun stenen. Hoe konden in die situatie dan uit deze elementen de moleculen ontstaan waar het huidige leven niet zonder kan, zoals vetten, DNA en RNA?

Dankzij inslagen van kometen en meteorieten, is de gangbare gedachte. Die bevatten namelijk wél veel van de genoemde elementen.

Maar, zo schrijven Craig Walton, geochemicus aan de Techische Hogeschool Zürich en de Universiteit van Cambridge, en collega’s in het tijdschrift Nature Astronomy: er is een alternatieve weg, die de meeste wetenschappers tot nu toe hebben genegeerd. Er dwarrelt ook continu kosmisch stof op ons neer dat deze ingrediënten van leven met zich mee kan hebben genomen.

Lees het hele bericht op de site van KIJK.

Categorieën
Sterrenkunde

Nog acht onontdekte planeten? Waarschijnlijk niet

Eentje in de categorie: als ik aan het begin had geweten wat ik aan het eind wist, had ik een ander wetenschappelijk artikel gekozen om een nieuwsbericht over te schrijven.

Blunder

Het begon zo leuk: naar schatting zitten er nog vijf planeten van het formaat Mercurius verstopt in de buitenste delen van het zonnestelsel, en drie van het formaat Mars. Dat zouden dan ingevangen wees- of zwerfplaneten moeten zijn. Oftewel: planeten die ooit elders zijn ontstaan en vervolgens lange tijd eenzaam door de interstellaire ruimte hebben gezworven.

Maar, zo bleek toen ik een jaargenoot van mijn studie sterrenkunde benaderde (inmiddels hoogleraar en hoofd van de afdeling natuurkunde van een universiteit in China): de auteur lijkt een foutje te hebben gemaakt. Of zeg maar liever: een blunder. Hij heeft namelijk het aantal planeten dat alle sterren in een cluster samen invangen aangezien voor het aantal planeten dat ons zonnestelsel in zijn eentje invangt. En tja, dan kom je natuurlijk op een veel te hoog aantal ingevangen weesplaneten uit.

Peer review is niet heilig

Ik belde ook nog kort telefonisch met een Leidse hoogleraar, die net zo kritisch was over het artikel. Dat toch is gepubliceerd in Astrophysical Journal Letters, niet het minste wetenschappelijk tijdschrift op sterrenkundig gebied. Wat maar weer eens laat zien: peer review is allesbehalve heilig. Het blijft broodnodig voor wetenschapsjournalisten om onafhankelijke deskundigen te raadplegen.

En tja, in de ideale wereld zou je na zo’n vrij vernietigend oordeel de ruimte hebben om op je schreden terug te keren en bij nul te beginnen met een heel ander wetenschappelijk artikel. Maar ja. In de echte wereld is daar niet altijd tijd of geld voor. En dus werd het de next best thing. Een kritisch nieuwsbericht dat duidelijk benoemt wat er volgens andere wetenschappers mankeert aan het geclaimde resultaat.

Toch plaatsen

Mijn extra rechtvaardiging daarbij is als volgt. Als elke wetenschapsjournalist die wat dieper graaft elk wetenschappelijk artikel waar wat aan mankeert simpelweg niet behandelt – verschijnen er alleen maar kritiekloze berichten van journalisten die níét dieper gegraven hebben. Dan komt zo’n wetenschapper dus in elk geval richting de buitenwereld weg met zijn matige of ronduit foutieve resultaat. Wat dat betreft is het misschien toch beter om dit soort kritische berichten wel te plaatsen. Dan staan die tenminste óók ergens online.

Categorieën
Sterrenkunde

Zeven vragen over de oerknal

Hoe lang geleden vond de oerknal plaats? Waar? Wat was er voor de oerknal? En wat gebeurde er daarna?

Die en meer vragen beantwoord ik in een nieuw artikel op de KIJK-site. Met intrigerende reacties eronder, inmiddels.

Goed gelezen

Meer over de gedachte achter dit soort vrij aanleidingsloze webstukken lees je in deze eerdere blogpost, naar aanleiding van mijn vorige sterrenkundige siteartikel voor KIJK.

In dit geval lijkt die aanpak inderdaad te werken; ik krijg net van de redactie te horen dat het stuk op het moment behoorlijk goed wordt gelezen. En het mooie is: het bederft niet – of althans, veel langzamer dan een nieuwsbericht over een specifiek, recent wetenschappelijk resultaat. Voor hetzelfde geld is het over een maand nog steeds (of weer) een goed gelezen stuk.

Categorieën
Sterrenkunde

Opkomst en ondergang van de Arecibo-telescoop

Wat de nieuwe KIJK vooral bijzonder maakt, is het vanuit de redactie geïnitieerde onderzoek naar bedreiging van Nederlandse wetenschappers. Meer dan drie op de tien ondervraagde onderzoekers bleek een of zelfs meerdere keren bedreigd. 47 procent doet bovendien aan zelfcensuur om negatieve reacties te voorkomen. Lees er hier meer over en koop het nieuwe nummer voor alle ins en outs.

Ook in dit nummer: mijn eerste aflevering in de artikelenreeks ‘Wereldprojecten’, over de Arecibo-radiotelescoop in Puerto Rico, die in 2020 instortte. Daarbij natuurlijk weer een nieuwe aflevering van de rubriek Far Out, over neutrino’s die vertraagd zouden zijn door effecten van quantumzwaartekracht. Oh, en een nieuwsberichtje over hoe atoomkernen écht in elkaar zitten.

KIJK 2/2024 is hier online te bestellen.

Categorieën
Sterrenkunde

Wanneer vinden we buitenaards leven?

Al tijden zoeken wetenschappers naar buitenaards leven. Tot nu toe zonder resultaat. Hoe lang moeten we wachten voor ze eindelijk een keer beet hebben?

Lees mijn antwoord op deze vraag op nemo100jaar.nl.

De activiteiten rond het honderdjarig jubileum van NEMO Science Museum zijn trouwens inmiddels achter de rug. Alle activiteiten? Nee! Met een afgeslankt team mogen we in 2024 doorgaan met het beantwoorden van vragen die binnenkomen op nemo100jaar.nl. Dus mocht jij, je kind of je kleinkind nog wat willen weten: schroom niet en stel je vraag!

Categorieën
Overig Sterrenkunde

Bladen: laat het wetenschapsnieuws voor wat het is

Voor de site van het populairwetenschappelijke tijdschrift KIJK schreef ik een longread over stervende sterren. Het eerste voorbeeld van een type stuk dat ik zelf bij KIJK had voorgesteld, in navolging van Amerikaanse magazines als Popular Mechanics, die online steeds meer lijken in te zetten op dit soort tijdloze uitlegstukken.

Voor Nederlandse bladen leek me dat misschien nog wel een beter idee. Die worden tegenwoordig meestal gemaakt door extreem kleine teams. Teams die al blij zijn als ze hun tijdschrift goed gevuld en met alle puntjes op de i bij de drukker weten te krijgen. Vaak komen daar dan nog allerlei al dan niet commerciële specials, scheurkalenders en andere producties bij. Want in de bladenwereld van 2023 moet je elke cent pakken die je pakken kunt.

Categorieën
Sterrenkunde

Hoeveel sterren kun je maximaal zien?

Als je ’s nachts naar buiten kijkt, zijn er soms maar een paar sterren, soms een heleboel. Hoeveel zou je er in het ideale geval kunnen zien met het blote oog? Die vraag stelde Kai (4) aan de jubileumsite van NEMO Science Museum. Mijn antwoord lees je hier.

Vier is trouwens wel erg aan de jonge kant qua doelgroep van de site. Het antwoord is daarom ook niet helemaal op groep-1-niveau geschreven. Maar hopelijk kan de vader of moeder van Kai – die het stukje hoe dan ook zal moeten voorlezen – het hiermee wel behoorlijk uitleggen.

Meer beantwoorde NEMO-vragen vind je hier.

Categorieën
Sterrenkunde

Moeten we ons zorgen maken over kilonova’s?

Dat het heelal dodelijk is, is geen geheim; stap maar eens zonder astronautenpak uit een ruimteschip. Maar ook voor leven dat zich veilig waant op het oppervlak van een planeet kan het universum gevaarlijk zijn. Zware sterren die ontploffen als supernova baden bijvoorbeeld de wijde omgeving in schadelijke straling. Gammaflitsen, de krachtigste bekende explosies in het heelal, zijn op nóg grotere afstanden een probleem.

En hoe zit het dan met een ander type ontploffing genaamd een kilonova? Dat vroegen astronoom Haille Perkins van de Universiteit van Illinois Urbana-Champaign en collega’s zich af.

Lees het hele bericht op de KIJK-site.