Deze week verschenen: de nieuwe De Ingenieur – en als je eens één editie van dit blad wil proberen, laat het dan deze zijn.
Ik schreef namelijk het vijftien pagina’s tellende coververhaal over Big Science: grote wetenschappelijke installaties, vaak met budgetten van boven een miljard euro, om met name natuur- en sterrenkundige problemen aan te pakken.
Het artikel is opgedeeld in tweepaginaverhalen over de zwaartekrachtgolvendetector Einstein Telescope, de European Spallation Source in Zweden, neutrinodetector KM3NeT, kernfusiereactor ITER en de Square Kilometre Array. (Lees hier vast wat korte samenvattingen met mooie foto’s.) Daarop volgt dan nog een artikel over de volgende generatie deeltjesversnellers: wat komt er na de LHC?
Daarnaast schreef ik de rubriek ‘To do’ (lezingen, tentoonstellingen en andere activiteiten) en de boekrecensie over Life 3.0 van Max Tegmark – in totaal meer dan een kwart van het blad!
Niet iets wat ik gauw nog eens zie gebeuren overigens, en al dat schrijfwerk betekende bovendien dat ik in december een deel van de eindredactie uit handen heb moeten geven. (Er zijn grenzen aan wat ik op een dag gedaan krijg.) Maar toch: stiekem best trots!
De digitale versie van deze editie is hier te koop voor 7,50 euro.