Het heelal dijt steeds sneller uit, zo weten we sinds eind jaren negentig. Maar hoe snel precies? Die vraag is lastig te beantwoorden, omdat we bij het meten van de uitdijing gebruikmaken van de afstanden tot een bepaald type supernova-explosie. En hoe verder je het heelal in kijkt, des te minder van die explosies er zijn te vinden. Een team astronomen heeft nu een nieuwe ‘truc’ gepresenteerd. Volgens hen kun je ook bepaalde zwarte gaten gebruiken om de uitdijing van het heelal te bepalen.
Tag: zwarte gaten
‘Geen zwarte gaten gecreëerd in LHC’
Voor sommige paniekzaaiers is het ongetwijfeld een enorme opluchting, maar voor veel fysici zal het vooral een teleurstelling zijn: in de deeltjesversneller LHC zijn geen sporen gevonden van microscopisch kleine zwarte gaten. Dat meldt het team achter CMS, een van de vier experimenten die rond de LHC-tunnel staan opgesteld om botsingen tussen deeltjes te bestuderen.
Afgelopen week ontving ik een persbericht over een superzwaar zwart gat dat veel zwaarder was dan het volgens ‘de regels’ zou moeten zijn. Cool, denk je dan, en je zet het mentaal gelijk op de shortlist voor KIJK-nieuwsberichten. Extreme zwarte gaten: altijd goed. En dan scroll je door voor meer gegevens over de zowaar in Nature te verschijnen paper en zie je ineens een naam opduiken die je kent: Remco van den Bosch, die een tijdje na mij in Leiden met zijn studie sterrenkunde begon, was de eerste auteur.
Neutrino’s: sneller dan het licht gaan ze waarschijnlijk niet, maar dat weerhoudt deze vederlichte deeltjes er niet van nog steeds geregeld het wetenschappelijke nieuws te halen. Deze week doen ze dat door te laten zien dat een belangrijke verklaring voor de herkomst van kosmische stralen met enorm hoge energieën niet klopt.
Elke week krijg ik talloze astronomische onderzoekjes onder ogen, waarvan ik er op zijn best één à twee kan behandelen op de KIJK-site (want het mag daar natuurlijk niet één groot natuur- en sterrenkundefeestje worden). Een kort overzichtje van de intrigerendste resultaten waar ik niet aan toe ben gekomen…
In het centrum van onze Melkweg huist een monster: een zwart gat dat miljoenen keren zoveel weegt als onze zon en dat zich voedt met alles wat het maar te pakken kan krijgen. Maar er zijn ook sterren die de dans ontspringen. In plaats van te worden opgeslokt, worden ze met snelheden van enkele miljoenen kilometers per uur het heelal in geslingerd, waarbij ze uiteindelijk ons sterrenstelsel uit vliegen. Nieuw onderzoek laat zien dat dit ook met planeten kan gebeuren – en dat die daarbij nog veel hogere snelheden kunnen bereiken.