Onder de non-fictieboeken is het een onbetwiste klassieker: Guns, Germs and Steel, vertaald als Zwaarden, paarden en ziektekiemen. Hierin legt de Amerikaanse wetenschapper Jared Diamond uit waarom sommige delen van de wereld andere hebben weten te overheersen. Diamond sleepte er niet alleen een Pulitzerprijs mee in de wacht, maar belandde ermee ook op mijn lijstje van schrijvende helden. Niet omdat zijn stijl zo briljant is (hij is wat lang van stof), maar omdat hij een even groots als geloofwaardig als sympathiek verhaal over de hele menselijke geschiedenis wist te produceren. Bovendien zette hij daarmee een blauwdruk neer voor voor allerlei ook bijzonder lezenswaardige navolgers met een andere insteek, zoals Ian Morris’ Why the West Rules – for Now (De val van het Westen) en Amy Chua’s Day of Empire (Wereldrijk voor een dag).
Toen er dus voor het eerst sinds jaren een nieuw boek van Jared Diamond aankwam, De wereld tot gisteren, liet ik uiteraard gelijk aan zijn uitgever – toevallig ook de mijne – weten dat ik hem graag hierover zou interviewen. Helaas bleek later dat Diamond Nederland niet zou aandoen tijdens zijn boekpromotietoernee, waardoor het een telefoongesprek werd. Met negen uur tijdsverschil (Diamond zat in Californië), wat betekende dat ik tot de vroege avond op de redactie moest blijven, waarbij vanaf een uur of vijf de zenuwen toesloegen en ik nagelbijtend rondjes om mijn bureau liep tot ik eindelijk mocht bellen.
Toen ik Diamond eenmaal aan de lijn had, ging het interview gelukkig heel aardig – ondanks mijn gestotter en het feit dat de verbinding bepaald niet optimaal was. Leuk was daarbij dat hij er duidelijk aardigheid in had om in zijn antwoorden zo vaak mogelijk Nederland aan te stippen. Soms puur door ons land in opsommingen te verwerken, maar ook inhoudelijker, zoals toen hij uitgebreid de Friezen besprak als voorbeeld van een volk dat zijn cultuur overeind weet te houden. Dat maakt dat een interview met Diamond door een Nederlandse journalist automatisch al heel anders is dan wanneer hij bijvoorbeeld door Der Spiegel of de BBC wordt ondervraagd – zelfs als de vragen an sich niets bijzonders zijn.
Verder is het misschien interessant te vermelden dat ik Diamond maar twintig minuten heb gesproken – inclusief een paar minuten waarin het gesprek weinig meer behelsde dan ‘Hello?‘ ‘Hello?‘ ‘Are you still there?‘ ‘I can’t hear you anymore!‘). Hierdoor moest ik zo’n beetje alles wat hij zei in mijn KIJK-interview verwerken – dat dus voor een keer niet een gestroomlijnde selectie werd van de interessantste stukjes, maar een vrij getrouwe weergave van het volledige gesprek. Dat je dit er volgens mijn KIJK-collega’s niet aan afziet, zegt waarschijnlijk heel wat meer over Diamonds kwaliteiten als geïnterviewde dan over de mijne als interviewer…
Maar goed, oordeel vooral zelf. De KIJK met het interview ligt vanaf komende vrijdag (26 juli) in de winkel. Een voorproefje is nu al op de KIJK-site te lezen.