Tot twee keer toe liep ik in dezelfde val: aan het prille begin van een relatie stapte ik met mijn kersverse vriendin heel stoer in een reuzenrad – om ergens op drie kwart van de weg naar boven te constateren dat ik daar toch eigenlijk iets te veel hoogtevrees voor had.
Beide vriendinnen rekenden het me gelukkig niet aan – de eerste relatie overleefde het reuzenradincident met een jaar of vijf, de tweede duurt nog steeds voort – maar toch: als ik een keer van die hoogtevrees af zou kunnen komen, zou dat zeker welkom zijn.
Ik was daarom gelijk geboeid toen ik op PubMed een wetenschappelijk artikel tegenkwam over ZeroPhobia (toen nog 0Phobia), een smartphone-app van Nederlandse bodem die mensen van hun hoogtevrees af zou kunnen helpen. En waar je als gewone burger dan simpelweg denkt ‘dat zou best handig zijn’, denk je als journalist gelijk ‘daar zou weleens een artikel in kunnen zitten’.
Ongemakkelijk gevoel
Het duurde vervolgens wel een dik halfjaar voordat de verantwoordelijke onderzoekers mee konden werken aan zo’n artikel. Ze wilden namelijk dat eerst een volgende paper was gepubliceerd, over hoeveel baat proefpersonen hadden bij de app. Maar vorige maand kon ik dan eindelijk langsgaan bij een van de onderzoekers, psycholoog Tara Donker, en de app uitproberen.
Aan het begin van mijn artikel hierover, gepubliceerd in het aprilnummer van De Ingenieur, beschrijf ik mijn eerste ervaring met de app;
Langzaam beklim ik de lange, lange ladder naar het kleine platform hoog boven het podium. Daar aangekomen zie ik wat het probleem is: een gat in de houten bodem. Ik verzamel het benodigde gereedschap en hop, het gat is weggewerkt. Vervolgens haal ik drie hendels over en de houten wolken die aan touwen voor het doek hangen, worden naar beneden getakeld. Klus geklaard. Maar ik moet toegeven: waar ik eerder nog zorgeloos een keukentrapje beklom om een lamp te vervangen en twee speakers aansloot op de rand van het podium, pal naast de orkestbak, bekruipt me hier toch wel een licht ongemakkelijk gevoel als ik vanaf het hoge platform om me heen kijk. Hoogtevrees is een groot woord, maar ik kan me goed voorstellen dat het in de volgende levels, met nog extremere situaties, wel degelijk van toepassing zal zijn.
In de rest van het artikel behandel ik verder onder meer de beweegredenen achter de app (VR-therapie wordt niet meer vergoed), hoe goed hij volgens onderzoek werkt (verrassend goed, ondanks het gebrek aan therapeut), hoe hij in elkaar zit (niet alleen VR met game-elementen, maar ook andere features), en wat de plannen voor de toekomst zijn (méér apps!). De digitale versie van het nummer met mijn artikel is hier te koop.
Hoogtevrees nog niet weg
En mijn hoogtevrees? Ja, die is natuurlijk niet weg na tien minuten experimenteren; daarvoor zal ik de app toch echt even aan moeten schaffen zodat ik hem serieus kan gaan gebruiken. Sinds de demonstratie ben ik daar nog niet aan toegekomen, iets waar ik me ongetwijfeld over voor de kop zal slaan de eerstvolgende keer dat er weer een reuzenrad opdoemt aan de horizon.