Categorieën
Overig

Wat is een goede blogfrequentie?

Ik ben er altijd een groot fan van als wetenschapsjournalisten aan het bloggen slaan. Maar wat is een zinnige berichtfrequentie?

Ik ben er altijd een groot fan van als wetenschapsjournalisten aan het bloggen slaan. Twitter is leuk voor de losse flodders, de actuele linkjes en af en toe een fittie met een collega. Artikelen in kranten en tijdschriften zijn het opgepoetste eindproduct; de teksten die na lang researchen, puzzelen en schrijven een mooi rond geheel vormen. Maar daarnaast komen er geregeld gedachten, redeneringen of betogen in je op die niet in 140 tekens passen én die niet een, twee, drie op te waarderen zijn tot heusch, betaald artikel.

Enter het oude, vertrouwde blog, dat soms overkomt als een vorm van internetgebruik die door sociale media opzij is geduwd, maar dat wat mij betreft nog steeds een rol te spelen heeft. En dan niet zozeer als uitlaatklep voor de ‘man in de straat’ – die zijn ei doorgaans prima op Facebook kwijt kan – maar met name voor specialisten die echt iets te melden hebben over hun onderwerp. Zoals de eerdergenoemde wetenschapjournalisten, maar ook wetenschappers, mensen uit andere beroepsgroepen en fanatieke hobbyisten met veel verstand van zaken.

Vraag is dan vervolgens: wat is een zinnige berichtfrequentie? Wat moet je jezelf voornemen? Amerikaanse bloggers als astronoom Phil Plait en bioloog/atheïst PZ Myers slagen erin meerdere posts per dag uit te poepen – maar daar moet dan wel een verdienmodel achter zitten (of een héél coulante baas), anders zie ik niet hoe je zo’n productie kunt rechtvaardigen. Nog los van de vraag of je echt zóveel intrigerende gedachten hebt die per se in blogvorm moeten worden gedeeld.

Wat realistischer is om je voor te nemen één post per dag te schrijven – maar ook dat is al moeilijk vol te houden, als je daarnaast gewoon je brood moet verdienen. (Martijn van Calmthout is het niet gelukt.) Wat dan? Drie keer per week? Eens per week? Dat klinkt alweer haalbaarder, maar hoe dan ook kan je vastpinnen op zo’n schema tegen je werken. Als een post begint met de gedachte ‘oh, het is weer zaterdag. Waar zal ik het nu eens over hebben?’ kun je je afvragen of het die briljante gedachte-die-niet-in-een-tweet-past gaat worden, of een wat plichtsmatig stukje om aan je eigen verplichting te voldoen.

Het andere uiterste is heel incidenteel bloggen – dus alleen wanneer je écht iets te melden denkt te hebben én de tijd er is om daar een goed stuk van te breien, ook al is dat maar eens in de paar maanden. Klinkt goed, zo’n kwaliteit-boven-kwantiteit-regel, maar ‘vroeger’ was het niet bepaald een succesformule. Om een goed bezocht weblog te hebben, moest je een vaste schare aan bezoekers vergaren die geregeld langskwam om te kijken of je weer wat nieuws had gepost, of besloot je per RSS-feed te volgen. Postte je eens in de zoveel weken of maanden, dan ging dat niet gebeuren.

Maar misschien is die tijd nu voorbij. Een enkele scherpe post over het juiste onderwerp op het juiste moment kan via Twitter en andere sociale media behoorlijk wat mensen bereiken, ook als-ie op een nauwelijks bezocht blog staat. En dat is op zich wel een grappig idee; dat het medium waarop je doorgaans ‘met hagel schiet’ (heel veel posten en dan maar kijken wat er aanslaat) je juist de gelegenheid biedt om op je blog heel selectief te zijn en toch lezers te trekken.

Desondanks: een weblog dat maar eens in de paar maanden een update krijgt, is voor mijn gevoel geen echt weblog, maar gewoon een site waar af en toe een opiniestuk op tevoorschijn plopt. En als écht geïnteresseerde bezoeker wil ik meer dan dat. Ik wil een band kunnen opbouwen met de blogger in kwestie. En ik wil er bijvoorbeeld van op aan kunnen dat als er een fikse discussie woedt over een bepaald onderwerp, de bijbehorende blogger ook bijna gegarandeerd van zich laat horen – en niet alleen als zijn of haar pet er toevallig naar staat.

Kortom, wat nu echt het beste is: ik ben er nog niet uit – en wat het ook is, ikzelf doe het op het moment vast niet op deze site. Maar laten we vooral de mensen die op wat voor manier dan ook een dappere poging wagen om de edele kunst van het bloggen een plek te geven in hun werkzaamheden belonen met bezoekjes en virtuele schouderklopjes. De daad bij het woord voegend: lees vooral even de nieuwste post van sinds kort wekelijks bloggend wetenschapsjournalist Anne Loyen, waarin ze een leuke vergelijking maakt tussen wetenschapsnieuws en de Elfstedentocht. Of deze post van Asha ten Broeke, waarin ze weer een mooie bijdrage levert aan de lopende discussie over hoe lastig het is om gezond te eten voor weinig geld. Kijk, zo willen we het hebben.

Één reactie op “Wat is een goede blogfrequentie?”

Als je niet regelmatig blogt, dan lok je de worm niet.
Ik vind het vooral belangrijk om je aan je stramien te houden. Het allerergste is iemand die aankondigt elke week te gaan bloggen en dat dan niet doet en stukjes begint met “Sorry dat ik hier zolang niets geschreven heb”.

Op de wiskundemeisjes maakten we minstens om de dag een stukje. Maar dat kon ook alleen een leuk filmpje zijn dat we even embedden. En we waren natuurlijk met zijn tweeën.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *