‘Door te schrijven, orden je je gedachten.’ Ik lees het vaak als argument tegen het gebruik van generatieve AI – chatbots – om teksten op te stellen. Als je die klus uitbesteedt, laat je een belangrijke manier om kritisch te denken onbenut, is dan de redenering. En misschien raak je zo die hele vaardigheid op termijn zelfs wel kwijt.
Tuinier of architect?
Ik herken dat wel. Als in: deze blogpost schrijf ik al denkende. Ik heb een ruw idee van wat ik wil zeggen, maar weet nog niet precies hoe. Al tikkende bouw ik mijn betoog op.
Maar stiekem vind ik dat een erg inefficiënte manier van schrijven, die ik cursisten afraad als ik ze leer hoe ze tot een goed achtergrondverhaal kunnen komen. Ik maak daarbij altijd de vergelijking tussen een tuinier en een architect (geleend van fantasyschrijver George R.R. Martin). Een tuinier plant een zaadje en kijkt wat er dan gebeurt. Een architect bedenkt eerst een volledig uitgewerkt plan. Pas als hij daar helemaal tevreden mee is, gaat hij bouwen.
‘Alleen nog even schrijven’
Als ik geen blogposts zoals deze tik, ben ik een echte architect. Bij mij gaat het leeuwendeel van het denkwerk aan het daadwerkelijke schrijven vooraf. Pas als ik weet welk punt ik ga maken, en welke informatie ik in welke volgorde aan de lezer ga aanbieden om dat zo goed mogelijk te kunnen doen, begin ik met typen. ‘Mijn artikel is bijna af, ik moet het alleen nog even schrijven’, zeg ik weleens – en dat meen ik. Als je als een architect te werk gaat, vormt het schrijven maar een heel klein deel van het hele proces van idee naar gepubliceerde tekst.
In mijn ervaring levert dat in de regel fijner leesbare en beter gestructureerde teksten op dan wanneer je veel eerder in het proces begint met typen. Als architect heb je al je informatie op een rij en weet je waar je naartoe werkt, en hoe. Als tuinier ben je dat allemaal gaandeweg nog aan het uitvogelen.
Resultaat in plaats van worsteling
En ja, ik kén mensen die op de tuinier-manier geweldige teksten maken. Maar ik ken er nog veel meer bij wie dat verhalen oplevert met een matige structuur. Verhalen die je als lezer laten raden naar wat het punt nu eigenlijk is. (Want daar kwam de schrijver zelf ook pas achter toen hij op drie kwart van zijn artikel zat.)
Daarom protesteert er bij mij altijd een stemmetje in mijn achterhoofd als mensen – vooral academici – schrijven gelijkstellen aan denken, zoals aan het begin van deze post. Probeer het denken eens aan het schrijven vooráf te laten gaan, zou mijn advies dan zijn. Zodat ik het gestroomlijnde resultáát van dat denken te lezen krijg, in plaats van de worsteling zelf.
Laat chatbots niet voor je schrijven
Dat laat onverlet dat ik vind dat als teksten produceren je werk is, je het daadwerkelijk op een rijtje zetten van woorden niet moet overlaten aan ChatGPT, Claude of Gemini. Daarmee verruil je jouw stem, jouw unique selling point, voor de grootste gemene deler van het internetvullend deel van de mensheid. Maar dat is een andere discussie, net als die over de vraag wat dan wél een goede rol voor chatbots is in het schrijfproces.
Waardeer dit artikel!
Vond je dit artikel interessant? Met een kleine bijdrage steun je mijn journalistieke werk en help je deze site in de lucht te houden!