Boris (10) stelde me per mail een aantal vragen over het higgsdeeltje, voor een project. Lastig onderwerp natuurlijk, maar ik heb mijn best gedaan ze kort en duidelijk te beantwoorden.
Wat is het higgsdeeltje eigenlijk?
Waar het eigenlijk om gaat, is het higgs-VELD. Dat veld is overal in het heelal aanwezig en zorgt ervoor dat deeltjes iets kunnen wegen. Maar als zo’n veld er is, dan moet er ook een bijbehorend deeltje zijn. Dat deeltje is het higgsdeeltje.
Wat kun je met het higgsdeeltje doen?
Volgens mij heeft nog niemand een manier bedacht om iets nuttigs met het higgsdeeltje te doen. Dat komt onder andere doordat higgsdeeltjes maar heel kort bestaan. Als je een higgsdeeltje maakt, valt het na een fractie van een seconde weer uit elkaar. We hebben dan ook nog nooit echt een higgsdeeltje gezien. We zien alleen de deeltjes die ontstaan nadat een higgsdeeltje uit elkaar is gevallen. Uit die deeltjes leiden we vervolgens af dat er, héél kort, een higgsdeeltje moet zijn geweest. Dat higgsdeeltjes maar zo kort ‘leven’, zorgt ervoor dat het lastig is om ze ergens voor te gebruiken.
Waar bevindt het higgsdeeltje zich?
Allereerst: er is niet maar één higgsdeeltje. Het is een soort deeltjes. En die soort deeltjes komt niet zomaar voor. We moeten higgsdeeltjes maken, met enorme machines genaamd deeltjesversnellers. Maar de enige deeltjesversneller die goed higgsdeeltjes kan maken, de LHC, staat dit jaar uit voor onderhoud. Daarom zou je kunnen zeggen dat het higgsdeeltje op het moment nergens is.